Wanneer je een meerdaagse trektocht onderneemt, heb je onvermijdelijk een persoonlijke paklijst nodig. Het samenstellen van een paklijst hangt sterk af van het soort trektocht. Moet je alles zelf dragen? Hoe compact moet alles ingepakt worden? Wat moet ik allemaal meenemen, en vooral, wat neem ik best niet mee.
Voor een meerdaagse kanotocht neem ik ongeveer hetzelfde mee als bij een trektocht met rugzak. Je hebt in een kano meer plaats dan in een rugzak, die je bovendien gedurende uren zelf moet dragen, maar ik reis graag licht en compact. Door hetzelfde materiaal te gebruiken als bij een rugzaktocht ben ik ook vertrouwd met mijn manier van inpakken en met het materiaal dat ik meeneem.
Zo pak je je materiaal waterdicht in
In een kano gebruik ik uiteraard geen rugzak. Als er toch eens een keertje water in de kano komt of je bent wat overmoedig geworden waardoor je kano kantelt, dan gaat mijn rugzak bijna onvermijdelijk de dieperik in. Of in het slechtste geval wordt alles door en door nat. Voor een kanotocht zorg ik er dus voor dat mijn persoonlijke spullen, kookgerei en slaapzak ingepakt zijn in waterdichte zakken. Voor een paar kleine dingen die ik snel bij de hand wil hebben, vul ik deze waterdichte zakken aan met een middelmatig, waterdicht waterkluisje (tonnetje).
Zowel aan de waterdichte zakken als aan het kluisje hang ik een tweetal meter paracord met een musketon. Wanneer ik de zakken en het kluisje in de kano opberg, klik ik de musketon aan de kano vast. Wanneer ik toch zou kantelen en mijn bagage uit de kano valt, drijft deze niet weg en blijft dus aan de kano bevestigd. Door de manier van sluiten van de waterdichte zakken, blijft er voldoende lucht in zitten zodat ze blijven drijven.
Maar wat neem je nu eigenlijk mee? Als je al enkele keren zelf een trektocht hebt gemaakt dan weet je waarschijnlijk zelf al wat je te weinig mee had maar vooral wat je mee had en wat je nooit gebruikt hebt. Op die manier pas je je persoonlijke bagage telkens een beetje aan tot je tot je ideale paklijst komt. Meestal nemen mensen veel te veel mee.
Je persoonlijke bagage kan je opdelen in volgende rubrieken:
Kleding en schoenen
Je hoeft heus geen halve kleerkast mee te nemen. In principe neem ik voldoende ondergoed mee, maar voor de rest heb ik mijn set kleren die ik aan heb en één reserveset. Ben ik voor twee weken weg, dan wissel ik onderweg van set en was ik de andere set. De tweede set is ook nuttig wanneer je toch in het water zou terecht komen, zodat je een droog stel kleren bij de hand hebt.
Bij een trekking te voet heb ik enkel een stevig paar trekkingschoenen bij. Bij een kanotrekking heb ik meestal ook een paar sandalen aan zodat ik niet te nauw moet kijken om mijn schoenen droog te houden.
En natuurlijk zijn water en een zwembroek of badpak onafscheidelijk.
Hygiëne
Uiteraard neem je ook, in kleine verpakkingen, de spulletjes mee die je noodzakelijk acht voor je persoonlijke hygiëne onderweg. Daartoe behoren tandpasta, tandenborstel, douchegel, maandverband, … Je gaat niet naar een galabal, dus make-up en geurtjes mag je thuis laten.
Als je op het water zit is een goede zonnebescherming voor de meeste mensen onontbeerlijk.
Bij een kanotocht in Zweden is het meer waarop je vaart tevens je badkamer en je drinkwaterbron. Koop dus speciale biologisch afbreekbare douchegel of zeep. In deze prachtige natuur wil je het water, waar je ook uit gaat drinken, echt niet vervuilen met het soort douchegel dat je thuis gebruikt.
Een bescherming tegen muggen is voor mij persoonlijk redelijk onontbeerlijk. Ik denk dat alle muggen in Zweden het op mij gemunt hebben. Ik heb ook geleerd om een muggenbescherming in een lokale apotheek aan te schaffen. De producten die je bij ons kan kopen, werken naar mijn ervaring niet half zo goed.
Koken
Bij de rubriek koken kunnen we nog onderscheid maken in kookvuren, kookgerei en eetgerei. Het is vooral hier dat mensen veel te veel meenemen.
Wanneer je een reis bij Drakkar hebt geboekt, hangt het kookgerei dat je meeneemt af van de gekozen formule. Als je voor een begeleide groepsreis hebt gekozen, hoef je zelf geen kookgerei mee te nemen. Enkel je persoonlijke eetgerei volstaat dan.
Persoonlijk neem ik geen volledige set eetgerei mee. Een lepel is voldoende. Als mes heb ik mijn persoonlijk zakmes bij dat ik ook perfect kan gebruiken bij het eten indien nodig. Een vork is volstrekt overbodig. Met een lepel kan je alles eten. En helemaal leuk wordt het als je onderweg zelf je houten lepel maakt.
Ik neem ook geen borden mee. Ik eet uit mijn gamellen. De gamellen dienen ook als bergplaats voor een miniflesje afwasmiddel, een sponsje, mijn lepel, aansteker of lucifers, … De kleine spulletjes dus die kookgerelateerd zijn. De gamellen passen namelijk omgekeerd in elkaar waardoor ze een stevige doos vormen, een beetje zoals een klassieke brooddoos.
Uit gamellen kan ik zowel vast voedsel als soep eten. En als ik onderweg zelf individueel moet koken, zijn het ook mijn kookpotten. Het is dus niet nodig om een hele batterij kookpotten mee te nemen.
Kies voor een set gamellen van militaire kwaliteit met een stalen handvat. Commercieel verkochte gamellen beschikken namelijk over aluminium handvaten die een stuk warmer (heet) worden wanneer je ze op een (hout)vuur gebruikt.
Koken zelf kan je op verschillende manieren doen. In Zweden kook ik meestal op houtvuur. Je hoeft geen reuzegroot vuur te stoken om op de koken. Een bescheiden vuurtje volstaat. Wanneer je water wilt koken in je gamellen, zal je zien dat dat behoorlijk snel aan de kook is.
Soms wil je snel een soepje of een koffietje maken. Dan is het handig om een gasvuurtje te gebruiken. Wanneer het warm en droog is kan er een verbod gelden om open vuur te maken. Als je dan warm eten wil maken is het handig om een gasvuurtje bij de hand te hebben. Er zijn ook andere kookvuurtjes beschikbaar: van Esbit-brandertjes en spiritusbrandertjes tot kookvuurtjes op benzine. Die laatste heb ik lang gebruikt maar nadat ik mezelf voor de tweede maal bijna in brand had gestoken, hield ik het voor bekeken en hou ik me sindsdien bij een compact gasbrandertje met afschroefbaar gastankje. Maak vooraf thuis eens een paar keer eten op je gasbrandertje zodat je een idee hebt hoeveel gastankjes je moet meenemen om een week op te koken.
Eten en drinken
Afhankelijk van de gekozen formule bij Drakkar, moet je zelf je voedselpakket samenstellen of krijg je een uitgebalanceerd voedselpakket mee. Ben je vegetariër dan krijg je een aangepast vegetarisch voedselpakket mee.
Hoe dan ook, voedsel voor 3 tot 10 dagen meenemen is altijd een uitdaging. In een kano kan je een aparte box voorzien om je voedsel in mee te nemen. Maar hou er rekening mee dat het niet de bedoeling is dat je je hele voedselvoorraad kwijt geraakt wanneer je met je kano zou kantelen.
Zelfs als je een voedselpakket van Drakkar meeneemt, zijn er wellicht wel kleine versnaperingetjes waar je onderweg wilt van genieten. Stel je zelf een voedselpakket samen, dan moet je rekening houden met een aantal factoren: gemak om het te kunnen klaar maken in je gamellen, houdbaarheid en compact genoeg om voedsel voor meerdere dagen te kunnen meenemen.
Als je meerdere dagen niet in contact komt met de bewoonde wereld, zal water je voornaamste bron van drinken uitmaken. En dat water haal je gewoon uit het meer. De meren die we met Drakkar bevaren bevatten zuiver drinkwater. Een drinkfles naar keuze is dus perfect geschikt. Je vult ze immers gewoon terug bij in het meer. Natuurlijk ga je dat water niet aan de oever scheppen, waar zich meestal wat (natuurlijk) vuil verzamelt. Neem je kano, vaar een twintigtal meter het meer op, hou je waterfles op armlengte onder water en laat ze vollopen. Een klein detail: laat je drinkfles op dat moment niet los want anders ligt ze voor eeuwig 5O meter dieper op de bodem van het meer. Een waterfilter is in de regio waar je met Drakkar gaat kanovaren niet nodig.
Slapen
Een goede slaapzak (mummiemodel) is het hele jaar door bruikbaar. Ik heb nooit een superdikke slaapzak gebruikt, zelfs niet bij vriestemperaturen. Als je een slaapzak voor normaal gebruik koopt, is deze compact genoeg om deze gecompresseerd in een waterdichte zak op te bergen.
Slaapmatjes zie ik in allerlei diktes en grootten opduiken. Zelf gebruik ik een Therm-a-rest zelfopblazend matje. Dit is een mooi compromis tussen comfortabel slapen en een compact opbergbaar matje. Dergelijke matjes zijn best wel nog omvangrijk, maar de truuk is om geen matje van een volledige lengte te gebruiken. Ik heb nog nooit slecht geslapen omdat mijn benen niet zacht lagen. Ik gebruik al jarenlang een 3/4 matje. Dat laat zich heel compact oprollen en past perfect in de waterdichte zak of rugzak. En wanneer mijn heupen en schouders wel comfortabel liggen is dat voor mij meer dan voldoende.
In een kano heb je natuurlijk meer plaats. Je zou dus ook kunnen opteren voor een normale luchtmatras. Je kan er dan ook nog zalig mee op het water dobberen. Maar hou er rekening mee dat luchtmatrassen veel plaats innemen en je best wel een tijdje bezig bent om ze op te blazen.
Hoewel ik soms deelnemers zie die een opblaasbaar hoofdkussen meezeulen, is dit het meest overbodige ding dat je kan meenemen. Neem één van je waterdichte zakken, zorg dat er een beetje lucht inzit voor je hem sluit en wikkel er je trui omheen en je hebt het meest comfortabele hoofdkussen dat je je kan wensen. En door de hoeveelheid lucht aan te passen, bepaal je zelf de dikte van je hoofdkussen.
Een tent of in openlucht?
Langs de Zweedse meren zijn er op verschillende plaatsen shelters aangelegd. Als het maar even kan slaap ik in een dergelijke shelter. Het open gevoel bij de resten van het nog smeulende houtvuur en met een prachtig uitzicht op het meer zijn voor mij een onvergetelijke ervaring en geven me een heerlijk gevoel van vrijheid. Maar als ze bezet zijn of wanneer er op die plek geen shelter in de buurt is, is het goed om een tentje bij te hebben. Dat hoeft geen loodzwaar, onhandig ding te zijn. Een simpel, lichtgewicht en vooral waterdicht tentje is prima. Het is belangrijk dat je het tentje op slechts een paar minuten kan opzetten en afbreken. Het beschermt je ‘s nachts tegen de regen en tegen de muggen.
EHBO
Eigenlijk zou elke deelnemer zijn eigen, kleine EHBO-set moeten meehebben. Al te vaak wordt vertrouwd op het feit dat iemand anders wel EHBO-spullen zal meehebben. En als je aansluit bij een groep van Drakkar is er inderdaad een degelijke EHBO-set mee. Maar eigenlijk zou het een gewoonte moeten zijn om, wanneer iemand verzorging nodig heeft, de EHBO-set van het slachtoffer te gebruiken. Zo verbruik je niet je eigen materiaal zodat je niet tot de ontdekking komt dat je set geplunderd is wanneer je zelf verzorging nodig hebt.
Als je een kleine set meeneemt voor de verzorging van kleine, alledaagse verwondingen en een paar items voor iets serieuzere verwondingen, dan kom je al een heel eind. Je zit in Zweden wel een beetje in de wildernis, maar hulp is nooit heel erg ver weg.
Hieronder vind je een voorbeeld van wat je zou kunnen in je set stoppen:
- Pleisters voor kleine snijwonden
- Blarenpleisters type Compeed
- Unidoses ontsmettingsmiddel Isobetadine
- Compressen om wondjes uit te wassen
- Primapore wondpleisters (deze sluiten de wonde volledig af en houden veel langer dan een gewone pleister)
- Twee drukverbanden (voor ernstiger verwondingen)
- Hechtstrips (voor grotere snijwonden)
- Een strip Imodium (tegen diarree)
- Enkele pijnstillers met paracetamol (tandpijn, spierpijn, hoofdpijn)
- Thermisch deken
Dit is een summiere set, maar volstaat voor het verhelpen van de meeste problemen onderweg.
Messen en zakmessen
Je bent in de jungle en je waant je Rambo? Daar hoort natuurlijk een stevig zakmes bij! Mis. Met een groot mes kan je grote werkzaamheden verrichten. Maar met een ‘normaal’ mes kan je zowel fijne als grovere werken uitvoeren. Een ‘Rambomes’ lijkt stoer maar blijkt in de praktijk alleen maar onhandig te zijn.
Zelf neem ik meestal een vrij eenvoudig vouwmes mee. Een mes zoals hieronder is al tientallen jaren mijn trouwe metgezel op mijn tochten. Ik heb er eten mee gemaakt, het als eetmes en als hamer gebruikt, een tiental shelters mee gebouwd, enkele keren een vlot mee gebouwd, vis mee schoongemaakt, een koperdraad mee doorgesneden en een boompje van 10 cm diameter mee omgelegd. Bij dat laatste kreeg het wel hulp van een steen.
Een Opinel voldoet meestal prima, hoewel ik het persoonlijk net niet stevig genoeg vind. Anderzijds is een Opinel wel spotgoedkoop.
Als ik verwacht dat ik onderweg misschien ook meer technische klusjes moet uitvoeren, neem ik ook ofwel een Zwitsers zakmes mee ofwel een Leatherman. Een Zwitsers zakmes is compacter en lichter dan een Leatherman terwijl je toch ook over een paar schroevendraaiers beschikt, terwijl een Leatherman dan weer het voordeel heeft dat het ook een handige tang aan boord heeft. Hoed je echter voor namaak. Als je gaat voor goedkoop spul is de kwaliteit evenredig. Een origineel Zwitsers zakmes van Victorinox en een Leatherman zijn onverwoestbaar en heb je voor het leven!
Survivalset
Een kanotocht in Zweden is een outdoor experience en heeft in principe niets met survival te maken. Maar het is altijd leuk om je eigen survivalsetje mee te hebben. Bij mij zit er bijvoorbeeld nylon visdraad en vishaakjes in. Als ik geen hengel bij heb maar merk dat er vis in de omgeving is, durf ik wel eens een nachtlijntje uit te leggen met de spulletjes uit mijn survivalset.
Je kan een survivalset zo klein of zo groot maken als je wilt. Ik pas de mijne aan naargelang de omstandigheden. Wanneer ik ga skiën of kanovaren heb ik steevast compacte noodsignalisatie mee. Naald en draad komen van pas als een kledingstuk of een naad van je tent het voor bekeken houdt. Een klein kompas geeft je toch enige indicatie wanneer je twijfelt welke richting je uit moet. In mijn survivalset zit ook een vuursteen en wat watten die ik als tondel gebruik bij het vuur maken. Daarmee kan ik nog heel lang vuur maken, ook als mijn aansteker al lang leeg is en mijn lucifers al lang op zijn. Stop je uitrusting in een compact plastic doosje of een sigarendoosje en tape het af zodat het waterdicht blijft.
Je kan een kant- en klaar survivalsetje kopen maar vaak zit er veel nodeloze rommel in. Maar goed, het is een begin en de ervaring leert je wel wat nuttig is en wat niet.
Zorg dat je je survivalset ten allen tijde bij de hand hebt.
Een zaklamp?
Je zit natuurlijk in Zweden. En dat betekent in de zomer dat het vrijwel niet donker wordt. Je kan een compacte zaklamp meenemen voor in uiterste nood maar je gaat ze in principe niet nodig hebben. Je kan immers tot zo goed als middernacht nog steeds comfortabel een boek lezen en om 3u00 is het terug volop licht. Zelfs in de ‘donkere’ periode is het meestal niet nodig om een zaklamp te gebruiken.